Hoe werken de meldingen van afname van de gezichtsscherpte?

OdySight baseert zich op de frequentie van de tests die uw patiënt de afgelopen 31 dagen heeft uitgevoerd om een afname van de gezichtsscherpte te melden. Daarbij wordt rekening gehouden met de volgende parameters:

  • Variabiliteit, dus de neiging van de patiënt om meer of minder constante resultaten behalen. Als een patiënt variabele resultaten vertoont, zal OdySight niet bij elke verandering een afname van de gezichtsscherpte melden, omdat dit bij deze patiënt als normaal wordt beschouwd. Zo past het algoritme zich aan het profiel van de patiënt aan.
  • De frequentie, dus de regelmaat waarmee de patiënt de tests uitvoert. Voor patiënten die vaak en regelmatig tests uitvoeren, betrekt de app meer tests bij het zoeken naar mogelijke veranderingen. Patiënten die minder vaak testen, hebben minder testresultaten in hun analyses, waardoor te grote tijdsintervallen worden geminimaliseerd.

Met deze twee elementen kan een aanvaardbare minimumdrempel worden bepaald waarboven geen afname van de gezichtsscherpte wordt gemeld, en worden onnodige meldingen bij onbeduidende veranderingen voorkomen. Onder deze minimumdrempel wordt een melding van een afname van de gezichtsscherpte gedaan. Vooral voor patiënten met een wisselende gezichtsscherpte is het belangrijk om regelmatig en vaak tests te doen in de app.

Als een patiënt een afname van de gezichtsscherpte vertoont, kan gedurende minstens zes dagen geen verdere afname voor hetzelfde oog worden geregistreerd, om rekening te houden met de eerste waargenomen afname.